eikenbladsla

pootschepje

romeinse bindsla

Met een beetje geluk is je tuincentrum vandaag open, en met nog een beetje meer geluk heeft je tuincentrum ook zogeheten ‘plugplantjes’ staan. Dat zijn prille groentenplantjes die geteeld zijn in een zogeheten plugje: een samengeperst blokje potgrond van een paar kubieke centimeter. De meest courante soorten zijn sla, andijvie, boerenkool, rucola. Deze plugplantjes zijn doorgaans goedkoop. Met een investering van een paar euro’s is je eetbare achtertuin uit de startblokken. Geen ongewis gedoe met zaadjes, voorzaaien en wachten tot er iets opkomt.
Er is overigens wel iets te zeggen voor zelf voorzaaien: de keus is oneindig veel groter dan het assortiment aan plugplantjes. Als je het nu zaait, ziet het er over 2 weken zo uit:
Ook een voordeel van zelf zaaien: je kunt over biologische  sla beschikken. Plugplantjes zijn doorgaans overgeschoten restanten van de professionele teelt. Ze zijn zelden van biologische kwaliteit.  Maar voor de beginnende tuinier zonder ervaring en met haast zijn plugplantjes perfect.

 

Je kunt je plugplantjes meteen in je tuin in de volle grond zetten. De standaard plantafstand is 30 bij 30 centimeter, maar ik plant ze altijd veel dichter op elkaar. Zodra ze tegen elkaar aan groeien, oogst je er eentje. Dat is misschien geen supermarkt-size krop, maar dat geeft niets.
Je kunt je plugplantjes ook eerst in een potje met potaarde overplanten, zodat ze nog een beetje groter en sterker zijn voor ze de volle grond in gaan. Daarmee verhoog je de overlevingskansen van sla aanzienlijk, want slakken zijn dol op prille slablaadjes. Zet je ze wel meteen in de volle grond, dan kun je verkruimelde eierschalen rond je prille slaplantjes strooien om de slakken te ontmoedigen.
Rucola is iets minder gevoelig voor slakken. En rucola heeft nog een ander voordeel: je kunt er meerdere malen van oogsten. Zolang je de rucolablaadjes steeds een paar centimeter boven de grond afsnijdt, zal de plant weer uitlopen.

[In Het grote moestuinierboek vind je meer info over sla op pagina 107 en meer info over slakken op pagina 110.]